Het zal je kind(eren) maar wezen
Dit verhaal gaat niet over kinderen maar over verantwoordelijkheden. In de winkel meldde zich een man van ongeveer 55 jaar. Zware roker, slechte conditie, beetje hoge bloeddruk, en nu alleen een leesbril in gebruik. Of zijn ogen gemeten konden worden omdat de leesbril (kant en klaar) te zwak werd.
Eerst keek ik wat in die kant en klare leesbril zat, maar dit was de maximale sterkte die je kunt krijgen als kant-en-klare- leesbril. Dan klopt er iets al niet. Terloops merkte meneer op dat hij vaak TV kijkt met een wat oudere leesbril. Dit klopt ook niet, want veraf behoor je niet scherp te kunnen zien met een leesbril.
Zijn beroep was touringcarchauffeur en hij was net een paar dagen terug van een vermoeiende rit naar zuid Spanje met een groep jeugd. Zonder bril zag meneer in de verte ± 30% hetgeen betekent dat hij bijvoorbeeld verkeersborden pas kan lezen als die op eenderde van de afstand staan die een normaalziende nodig heeft.
Erg laat voor een touringcarchauffeur onderweg naar Spanje met aan hem toevertrouwde jonge levens. En met een goede brilcorrectie zag deze verkeersprofessional normaal scherp, 100% dus. Hij had weinig zin in een bril omdat het lastig was om te gebruiken, niet mooi stond en omdat hij dan eraan herrinnerd werd dat hem iets mankeerde. Slechte en onjuiste redenen om je eigen en andermans leven in de weegschaal te stellen. Hij was niet een beeldschoon fotomodel, zijn gezondheid liet op veel belangrijker gebieden te wensen over en hij was gewoon aan zijn beroep verplicht met maximale gezichtsscherpte de weg op te gaan.
Ik vroeg hem hoe hij de niet mis te verstane keuringen doorkomt die aan touringcarschauffeurs worden opgelegd. Hij vertelde in geuren en kleuren dat bij binnenkomst bij de keuringsarts hij snel de onderstreepte rij letters van de letterkaart uit zijn hoofd leert. Hij kan ze met ogen dicht nog oplezen. Gelukkig kon ik hem overtuigen dat een bril beslist noodzakelijk is. Mocht hij een ongeluk veroorzaken of er in verzeild raken, en men komt er achter dat zijn ogen ondanks dringend advies niet gecorrigeerd zijn, dat hij dan wel eens vervelende aansprakelijkheidsvraagstukken op zijn bord kan krijgen. En dat het normaal verantwoord gedrag voor iedere verkeersdeelnemer, maar vooral voor mensen zoals hij, is om met een optimale bril in de auto of touringcar te stappen.
Hij kocht inderdaad een bril, maar na het afhalen (waar hij zich verwonderde over zijn gezichtsscherpte) heb ik hem niet meer terug gezien. Ik was tenslotte minder vriendelijk dan normaal omdat het ook een naaste van mij kan zijn die bij hem instapt, en hij willens en wetens jarenlang alle risico's heeft genomen om esthetische en gemakzuchtige redenen.
De moraal van het verhaal is dat ik vind dat iedere verkeersdeelnemer elke twee jaar zijn ogen verplicht moet laten meten bij een opticien, optometrist of oogarts.
Deze moet vervolgens adviseren om een beter gezichtshulpmiddel te kiezen, een oogheelkundige behandeling te laten ondergaan of concequenties aan het rijbewijs te verbinden. Het zijn in mijn ervaring juist vaak jongeren die met onvoldoende gezichtsscherpte (in combinatie met onvoldoende rijervaring) de weg op gaan, terwijl ze met een eenvoudig hulpmiddel als een bril of lenzen een stuk veiliger autorijden.
Ouderen zijn vaak goed op de hoogte van een gemis in hun gezichtsvermogen maar verzwijgen het omdat ze bang zijn hun rijbewijs te verliezen. De combinatie met de rijervaring en de gewoonte om in de bekende omgeving te blijven zorgen ervoor dat er statistisch weinig ongevallen ontstaan bij de combinatie slecht gezichtsvermogen en ouderdom. Toch is één ongeluk er een te veel, want het zal je kind maar wezen dat moet lijden omdat een ander zijn mobiliteit belangrijker vindt dan andermans leven.
Ik vind dat wanneer een opticien of optometrist beneden een bepaalde gezichtsscherpte uitkomt bij een klant, hij moet doorverwijzen naar een oogarts of huisarts. Deze moet bepalen of het rijbewijs moet worden ingeleverd, of dat de klant bijvoorbeeld alleen in de eigen omgeving tijdens daglichturen mag rijden.
En alleen gezichtsscherpte is niet bepalend.
Ook gezichtsveld, het last hebben van slecht zicht bij laagstaande zon (bijvoorbeeld bij staar), donkeradaptatie vermogen, reactievermogen, kennis van verkeersregels en nog veel meer dingen. Voordat je aan een rijbewijsbezitter beperkingen oplegt moet je goed in beeld brengen wat de persoon in kwestie nog goed kan en wat die niet goed kan. Afnemen van een rijbewijs is de laatste, helaas soms noodzakelijke, stap. Een stap die nu soms te snel, en soms niet snel genoeg genomen wordt.
Door verschillen van inzicht tussen verschillende artsen, door te weinig mogelijkheden in de wet om beperkingen aan een rijbewijsbezitter op te leggen, enzovoorts. Met de steeds hogere eisen die worden gesteld aan een bestuurder van een auto in het huidige verkeer, lijkt het mij nodig om als overheid te zorgen voor aanpassing van het huidige regelstelsel. Om onnodige ongelukken én het onnodig afnemen van rijbewijzen te voorkomen.